Welk lidwoord, de of het factuur? Is het de factuur of het factuur? 🤔
In het Nederlands bestaan er twee bepalende (ook wel: bepaalde) lidwoorden: de en het. De wordt gebruikt bij mannelijke en vrouwelijke woorden en bij meervouden, het bij onzijdige woorden in het enkelvoud. Welk bepalend lidwoord hoort bij factuur?
Het antwoord is: de factuur.
Ben je hiermee geholpen?